Het vertalen van Gorters Mei



Zie voel leef elke dag opnieuw

Het vertalen van Gorters Mei

door Michiel Kruijff


De regelnummers in onderstaande tekst verwijzen naar de genummerde tweetalige versie van May/Mei alhier verkrijgbaar. 


Tijdens LeesMei op 18 mei 2023, op de prachtige locatie Dat Bolwerck in Zutphen, vroeg dichter-vertaler Erik Bindervoet mij hoe ik Gorters Mei, een gedicht heb vertaald naar het Engels: May, an epic poem about youth. Ik werd wat overvallen door die vraag, zo zonder mijn vertaling in de hand, en ik stamelde iets van een antwoord. Hoe vertaal je een gedicht? Ja, ik heb de woorden van Mei omgezet in het Engels, met behoud van rijm en metrum dan wel - maar die mechanische taak was mijn gekozen randvoorwaarde, niet de eigenlijke opdracht. Waar Erik naar vroeg was veeleer: hoe geef jij de vertaalde woordenreeksen ook nog iets van bezieling mee? En welke keuzes maak je daarbij? Wat offer je op? 

Wat ik Erik die dag probeerde te antwoorden, is dat ik natuurlijk niet Gorters bezieling ken, en dus die van mezelf heb meegegeven. Mijn bezieling, als liefhebber van Mei, is wel een aspect van wat Gorter in Mei heeft gelegd, dat geloof ik. Ik zie mijn vertaling als een deelvertaling, een element uit het universum van mogelijke vertalingen en invalshoeken, één over de nu episch lijkende verloren kindertijd: an epic poem about youth. 

Als jong volwassene heb ik iets waardevols, maar ook verschrikkelijks uit mijn jeugd verloren: het ongefilterd beleven, zowel de ervaring van leegte als die van kleurendiepte en de muziek in al het geziene, gevoelde, geleefde. Mijn Mei is de 'ontroering der herinnering' en 'herinnering der ontroering', zoals Gorterkenner Garmt Stuiveling al zo treffend benoemde. Sinds mijn kindertijd is Gorters Mei voor mij de beleving van de lente en de duinen, en breder, de bewegende natuur geweest. Ik groeide op in eenzelfde omgeving als Gorter, in Bergen aan Zee. Ik verwonderde mij als kleuter over kikkervisjes in de lentepoel, de sissende julikever en hagedisseneitjes in het hete zomerzand. Een vriend van mijn vader droeg mij als acht, negenjarige regelmatig voor uit Mei, en ik had toen al het gevoel dat Mei mij begreep, meer dan ik Mei

Daarom zag ik het als mijn weg terug naar dat onbevangen beleven om, zo vele jaren later, Mei te vertalen. Langs de sleur toch elke dag de wereld nieuw te kunnen zien. Zo ben ik aan de slag gegaan. Door in Mei op te gaan, de muziek ervan te voelen, ze dieper te begrijpen en van daaruit dezelfde tekst nog eens op te schrijven. Maar dan in het Engels.

Nu zie ik dat er toch nog wel het een en ander te vertellen is over de keuzes die ik heb gemaakt bij het vertaalproces, als liefhebber met mijn eigen lezing van Mei, maar toch ook, als amateur met zo een groot werk onder handen.

Ik ben min of meer zonder kwalificaties begonnen aan mijn May. Ik houd van uitdagingen, het omgaan met beperkingen, en de creatieve invallen die daaruit voortvloeien. Ik houd van MeiWas Gorter ook niet onbevangen begonnen? Aangemoedigd door goede vriend en medemeiliefhebber Michan Biesbroek, zijn we met enkele vrienden in 2017 begonnen aan The May Project. Al snel bleek Mei nogal stug, en democratisch vertalen liep op niets uit. Ik ging alleen verder, de 4381 regels van het ontzagwekkende gedicht tegemoet: er is gelukkig voldoende ruimte om te leren. 

Meistatistiek

Voor ik goed en wel begon met vertalen, heb ik een aantal analyses losgelaten op de brontekst. 

Ik was benieuwd hoe Gorter zijn stilistische afwegingen statistisch gezien heeft gemaakt, om over het algemeen in dezelfde geest te kunnen werken, zonder elk stijlfiguur individueel te hoeven reproduceren. Ik markeerde voor een aantal passages de alliteraties, hoe Gorter een bepaalde klinker over enkele regels laat overheersen, hoe strak Gorter zich aan het metrum hield.  

Ik schreef een manifest om zelf stijlvast te kunnen blijven. Ik besloot in de basis dicht bij het Nederlands en de Germaanse constructies te blijven, zoveel als mogelijk zonder nieuwe woorden toe te voegen voor metrum of rijm, vooral geen betekenisloze of juist betekenisvolle. Ik wilde betekenis niet extrapoleren, maar stond mezelf wel toe om binnen het al geschetste beeld vrijelijk te interpoleren. Enjambementen, rijm en metrum hield ik vergelijkbaar aan. Waar Gorter voor het metrum vaak klanken inslikt (kindren) heb ik besloten dat niet te doen (everywhere, geen ev'rywhere). Ik gebruikte modern Engels - you voor gij, geen thou - maar heb wel geprobeerd me te beperken tot woorden die eind 19e eeuw al in gebruik waren.

Om de vertaling consistent te houden analyseerde ik de tekst ook woordelijk. 

Voor een handvol vaak terugkerende beeldvariaties definieerde ik een soort vertaalsleutel. In Gorters werk is licht en lichtgeschitter bijvoorbeeld alom vertegenwoordigd, hij gebruikt er veel verschillende woorden voor. Ik heb geprobeerd die variatie in mijn vertaling in stand te houden, en per woord enigszins consequent te blijven bij het vertalen van woorden als glanzen, schitteren, glitteren, schijnen, door woorden in de trant van shine, gleam, glitter, shimmer, sparkle enzovoorts. Of de woorden nevel en damp die ik respectievelijk vertaalde met vapour en haze. Ik bekeek hierbij ook welke neologismen meermaals voorkwamen, zo is een daarvan het intrigerende nevelingen.

Er zijn ook terugkerende volledige regels, die ik vanzelfsprekend ook terugkerend vertaald heb (wat vanwege de vereiste rijm niet altijd triviaal is). Zo beschrijft Om beurten gaat er een en breekt den ring zowel het systematisch verstrijken van de twaalf maanden als dat van de twaalf uren. De twee instanties van Zij [Mei] lag drinkend den slaap, zonder gerucht omsluiten de dood van April in Boek I, terwijl de bewoners van het stadje op hun beurt bij het sterven van Mei onverstoord hun dagelijks leven voortzetten, getuige de omsluitende herhaling van Waar glazen waren, bleef een enkle vrouw in Boek III.

Boek I en Boek III spiegelen zich overigens in veel bredere zin. Telkens presenteert Boek I hierin de belofte, Boek III de eindigheid. Terwijl Boek II zich vooral bezighoudt met het hogere streven van Mei, ontmoet Mei in zowel Boek I als Boek III de dichter en de stroomvrouw, eerst onbevangen, dan gedesillusioneerd. Andere figuren zien we ook weer terug, zoals de Tritonen en de twaalf uren. 

Ik onderzocht hoe de verscheidene Nederlandse drukken en uitgaves eigenlijk onderling verschillen. En dat doen ze, op honderden plekken. Sommige drukken hebben zetfouten of variaties die tot een onnodig foutieve vertaling kunnen leiden. De plaatsing van komma's, aanhalingstekens en witregels komt tussen de verschillende uitgaves lang niet altijd overeen. In de beschikbare digitale versies missen soms hele passages, maar ook de uitgave van Astoria (2012) vind ik veel te slordig. De stemmig geïllustreerde uitgave van Bert Bakker/Daamen uit 1969 was mijn eerste Mei. In dit boekje zingt Balder van een windbruin, elders van een windbruid, wat correcter lijkt. Tinkeling wordt hier twee keer gezongen, in andere uitgaves zingt Balder eerst Tinkeling dan Tinteling. Ook de eerste druk van Mei gaf trouwens niet altijd de gezochte duidelijkheid. Uiteindelijk heb ik bij verreweg de meeste inconsistenties gekozen voor de uitermate verzorgde en onderbouwde editie uit de Verzamelde werken, samengesteld door Jenne Clinge Doorenbos en Garmt Stuiveling in 1948. Ik koos wel voor twee keer Tinkeling uit de Bakker uitgave en beeldlaar heb ik maar vertaald als beedlaar.  


Eerste regel. Een nieuwe lente en een nieuw geluid. 

Aan het vertalen dan eindelijk! Ik wilde dus dicht bij het Nederlands blijven, maar vooral ook de muziek overbrengen die ik voelde bij het lezen van Mei

Als voorbeeld misschien gelijk maar Gorters onovertroffen eerste regel van Mei. Hij was er zelf zeer tevreden over, en terecht. De regel zegt zo veel meer dan die zeven woorden alleen, kan op zo veel manieren beleefd worden. Er zit ook technisch gezien heel veel verpakt in die eerste regel: herhaling - ietwat homonymisch, verwijzing, alliteratie, bedachtzame tweedeling. Qua betekenis schildert de regel vernieuwing, maar ook de belofte en de schoonheid van de cyclus van het leven, de oneindige eindigheid. En Mei maakt daarna dat alles waar.

Een nieuwe lente en een nieuw geluid:

The spring is new and new the sound it brings:

Ik wil dat dit lied klinkt als het gefluit,

I want this song to be like whistling

Dat ik vaak hoorde voor een zomernacht

I heard on summer days before night fell

In een oud stadje, langs de watergracht –

In an old town along the calm canal –

In huis was 't donker, maar de stille straat

Twas dark inside and through the silent road

Vergaarde schemer, aan de lucht blonk laat

A gloam had spread, but in the sky still glowed

Nog licht, er viel een gouden blanke schijn

A light, there shone a blank and golden flame

Over de gevels in mijn raamkozijn.

Over the gables in my window frame.

Dan blies een jongen als een orgelpijp,

A boy was blowing like an organ pipe,

De klanken schudden in de lucht zoo rijp

The tones were trembling in the air as ripe

Als jonge kersen, wen een lentewind

As young red cherries, when the wind of spring

In 't boschje opgaat en zijn reis begint.

Rustles the shrub, its journey there begins.

Hoe kan je diezelfde boodschap overbrengen in een andere taal? Dan moet je eerst ontdekken waar de kern en de kracht zit van Een nieuwe lente en een nieuw geluid. Ik probeerde daarom als vertaler te beantwoorden wat ik precies voel als ik de rest van het nog komende gedicht even probeer te vergeten. Ik voel dan vooral de aankondiging van licht en een sprankelende lichtvoetigheid. Maar door welke woorden of klanken komt die lichtvoetigheid nu eigenlijk tot uiting? En kan je die reproduceren in het Engels?

Het woord nieuw komt twee keer voor, eerst in de betekenis van opnieuw, en dan van onbekend. Ik dacht daarom eerst aan een vertaling zoals anew a spring and new a sound. Dit klopt overigens wel qua beklemtoning maar is te kort voor de pentameter die Gorter nogal strak hanteert. Maar het sprankelt niet zoals de regel van Gorter. Er lijkt meer muziek in Gorters regel te zitten. Melody klinkt lichter dan sound. Dus wellicht iets als anew a spring and new its melody, klopt ook qua metrum. Zou dit een regel zijn die op zichzelf kan staan en een eigen leven kan leiden zoals het origineel? Maar nee, geluid is toch gewoon sound, ook al lijkt dat woord relatief misschien wat stijfjes. Wat te doen? Hoe bewaar je de dubbele betekenis van nieuw, en hoe krijg je de onbezorgdheid alsnog de vertaling in?

Toen bedacht ik dat de lichtvoetige kern van de eerste regel vooral het allitererende spel met de L is. Een nieuwe Lente  en een nieuw geLuid, herhaald samen met die frisse ie-klank van nieuw. Eigenlijk is het de L die geluid tot zo een mooi woord maakt, dat lichtvoetig is uit te spreken als Licht zelf. Onbewust hoor je het onbezorgde 'La-La' terug op de achtergrond als je Mei begint te lezen. Met sound kom je niet vanzelf aan dat lichte geluid. De herhalende ie-klank is er wel al, met new. Wat als ik nu de lichte i van spring laat herhalen in plaats van de lichte L van lente?

Nu is Mei geschreven als een vervolg op het romantische Endymion van Keats, maar met een nieuwe, persoonlijkere, vrijheid. De eerste regel van Endymion, A thing of beauty is a joy forever, is een begrip in het Engelse taalgebied. Dat wilde Gorter ook, en liefst nog beter, lichter, vrijer, nieuwer. 

  The spring is new 

Dat resoneert mooi met die eerste regel van Endymion

  And new the sound it brings.

Dat brengt de lichtvoetigheid en speelsheid terug in de vertaling: 

  The spring is new and new the sound it brings.

Zo mooi opzichzelfstaand als de eerste regel van Gorter is deze vertaling niet. Ze zal op kantoor niet snel gedeclameerd worden als men met schone lei en een nieuw team hoopvol aan de gang gaat. Maar als eerste regel van het gedicht Mei voel ik er hetzelfde bij, er wordt iets aangekondigd dat fris is. Daar lijkt de vertaling op zijn plaats. Misschien is dat het hoogst haalbare.

Drie weken na aanvang van mijn May had ik mijn eerste regel, en ik zou er nog vaak naar terugkomen of aan proberen te schaven, maar zo is hij uiteindelijk toch gebleven.

Regel twee dan. Het gefluit.  Dat komt van een jongen die blies als een orgelpijp. Het lijkt simpel en duidelijk wat er staat. Maar is de jongen langs de watergracht aan het fluiten door zijn lippen, of op een instrument? Het lied klinkt licht, en onbezorgd. Een jongen die wandelend een fluit bespeelt, dat lijkt me wat geforceerd ongeforceerd. Bovendien blies de jongen als een orgelpijp. En wie dat op een fluitje probeert, ontdekt al snel dat de snerpende boventonen niet meewerken aan het ontzorgen van de buurt. Mijn gefluit wordt daarom whistling.

En zo verder.

Hollands klankenspel

Het gevoelsvolle klankenspel uit de eerste regel van Mei staat niet op zichzelf. Niet elke regel van Mei is even prachtig, maar op elke bladzijde staan er zo wel een paar. Soms zijn die zo specifiek voor de Nederlandse taal dat de pracht onvertaalbaar lijkt (of is?). Mei-kenner Arie Zevenhuijzen wees me op een paar voorbeelden. Zo lezen we in regel 61-62 over de zee, de plek waar Mei op aarde geboren wordt, met herhalende typisch Nederlandse -ui en -ei klanken, een gul alliteratief chiasme en een ritme dat vloeiend deint als de beschreven zee. Duizend schuimige spreien deinen mee. Naast de rijm en het metrum, wat kan je dan nog behouden in het Engels? De stijlfiguren, het gevoel, de klanken, of de woorden? Het lukt me niet allemaal. 

Ik probeer allereerst het gevoel en muziek van het origineel te beleven en daarmee dan zoveel mogelijk woordelijk te vertalen. De beelden die Gorter had, over te brengen. Soms met wat eigen invulling maar zonder nieuwe (eigen) betekenis, vervanging of extrapolatie. Ik kan en wil niet meer dan de brontekst overbrengen, deze niet vervangen door een eigen poëzie. Ik heb (ook) hier noodgedwongen de precieze klanken en stijlfiguren laten schieten. Het gevoel heb ik geprobeerd te benaderen door de deining te reproduceren, niet met herhaling van klinkers maar met juist veel verschillende, lange klinkerklanken om het machtige van duizend en majestueuze van deinen over te dragen. terwijl een alliteratie met de spreien blijft, nu om de uitgestrektheid te benadrukken.

En in een waterwieg, achter in zee –

A water-cradle far at sea – a bed

Duizend schuimige spreien deinen mee –

Where undulating sheets of foam were spread –

Nog zoiets moois van Gorter in regels 1993-1995. Hier is Mei als zoete vla zo vleiend. Opnieuw een dubbele alliteratie, en steeds terugkomende -ei klanken. En tja, hoe vertaal je vlaCustard, mmm dat klinkt toch niet zo mooi en heeft ook een ander soort lading. Ook hier moet ik passen. Ik kies ervoor vla minder expliciet te vertalen - beter dan er net naast, toch? - en de nadruk op zacht en zoet te leggen: softly, and sweet as dessert.

En ze leek dood. Toen trad Mei zachtkens na

And she seemed dead. On girl’s feet May approached

Op meisjesvoeten, 't was als zoete vla

So softly, and sweet as dessert she coaxed

Zoo vleiend wat ze zei:

Her with these words:

Het vertalen van het Nederlands naar het Engels lukt dus niet altijd precies zo mooi als het was. Ik hoop dan elders, waar Gorter misschien een esthetisch steekje liet vallen, dat een beetje goed te maken met  juist wel een meeslepend stukje Engels, zodat de algehele indruk vergelijkbaar blijft. Aan u of ik daarin geslaagd ben.

Ik had overigens geen vaste formule voor mijn keuzes met typische Nederlandse woorden en klanken. Zeeland leek me te onbekend, en heb ik vertaald als where Scheldt meets sea. En tjalk is zo mooi dat men het maar moet leren kennen in het Engels. Ik heb het onvertaald gelaten, met een voetnoot erbij. 

Gorter maakt zijn eigen taal als dat nodig is. Zijn eerdergenoemde nevelingen wordt bij mij nebulants, en samengestelde neologismen houd ik zoveel mogelijk intact, met een verbindingsstreepje: donderkoe wordt rumble-cow en boomenlichtgetoover wordt tree-light wizardry. Zijn neologische bewegings- en omzettingswerkwoorden als heenzwemen of verritselen vertaal ik grotendeels (en ietwat lafjes) met bestaand Engels. Wel voelde ik de vrijheid om wat eigen vormen in te voegen, dus je kan woorden tegenkomen als noisery, voicery, solicide, flap-fly en anywhence.

Gortergeworstel

Soms vind ik hoe Gorter schrijft niet bijzonder vrij maar eerder geforceerd of in ieder geval wel erg complex. Dan worden de woorden en bijzinnen zodanig gehusseld dat het meer een puzzel dan een gedicht wordt. Er zijn talloze voorbeelden, die zich soms over een halve bladzijde uitstrekken. Dan probeer ik wel het Engels wat soepeler te laten lopen. In onderstaande passage (regels 4174-4181) beschrijft Gorter op een wel erg ingewikkelde manier het opkomen van de zon. De ochtendschemer verschijnt eerst als een soort soldaat die het donker verslaat en uiteindelijk zelf ook in de aan krachten winnende zon opgaat. Ik heb deze constructie zo helder mogelijk gebracht - via de onzijdige morgen en de mannelijke zon - maar ietwat dogmatisch grotendeels intact gelaten, het blijft ook in het Engels zo een ingewikkeld stuk. Misschien was juist hier de ruimte voor een welkome, wat vrijere vertaling, een stukje eigen poëzie. Een ruimte die ik niet genomen heb. 

En toen ze kwam in 't licht en dronken buiten,

And drunk she came into the light, outside,

Bedronken door den nacht, en dat te muiten

She was intoxicated by the night,

Des morgens slaat uit duister en zich kiest

And mutiny against dark by morn that chooses

Een opperhoofd: de zon, en zich verliest

Its chieftain: he’s the sun, and then it loses

Voor hem en voor zijn glans, waarin het valt

Itself for him, his shine. And it already

En sterft en opgaat na den doodstweespalt

Falls in and blends and dies there after deadly

Met duisternis, die òòk sneeft: Daar bleef hij

Dichotomy with dark, which also died:

Met al zijn schijn alleen en trotsch en blij.

He, proud and gay, remains and’s shining bright.

Kies je lezing 

Bij het vertalen ontkom je er niet aan om keuzes te moeten maken. Meestal is er de context of de grammatica om richting te geven, maar niet altijd. Soms zijn er meerdere interpretaties mogelijk.

In deze passage (regels 3852-3861) kan je je afvragen of er een lied speelt en bovendien een nachtegaal fluit, of dat de nachtegaal een lied speelt en fluit. Is lied onderwerp of lijdend voorwerp? Vanwege het missen van een tweede daar in en floot een nachtegaal koos ik voor het laatste. Bovendien verwijst het naar slechts een enkele verstoring van de stilte. Even later staat er Haar bracht te zwijgen. Gaat het hier om de nachtegaal, de stilte of spraak die [de stilte?] brak? De stilte produceert spraak, door het lied van de nachtegaal, die de stilte breekt maar zelf tot zwijgen wordt gebracht, een beetje zoals de morgenstond in de passage hierboven. Zo lees ik het, maar wie zal het zeggen? In mijn vertaling laat ik de nachtegaal zijn gang gaan.

Terwijl de stilte peinsde om te raden

And while the silence pondered, tried to guess when

Geluid dat komen zou, terwijl ze ried

A sound would come along, while still it pondered,

En peinsde nog en luisterde, een lied

Listened, guessed, just then I heard a song there

Speelde daar al en floot een nachtegaal.

Playing, the singing of a nightingale.

Het werd geboren uit de stilte, taal

It was begotten of the silence, tale

Van stilte zelf, alsof het zwijgen sprak,

Of silence itself, as if silence spoke,

Onmerkbaar overgaand in spraak die brak.

And turned unnoticed into speech that broke.

Haar bracht te zwijgen ander klokkespel,

A different play of chimes the silence stirred,

Gezongen van den toren, door één schel

Sung from a tower, by one bell at first,

En toen nog vele andre van metaal.

By many metal others then as well.

Soms gaat de twijfel om niet meer dan een enkele letter. Glijdt er werkelijk koraal af van Meis arm in onderstaande passage (regel 711)? In de lokale context komen die brokstukken of korrels wel erg uit de lucht vallen. Maar het zou kunnen, want Mei kwam niet zo lang geleden nog uit de zee gestapt. Of is koraal hier het rood van haar arm? Dat is nog plastischer. In het Nederlands zijn beide interpretaties te vinden in het van haren arm. In het Engels ben je gedwongen te kiezen: of voor of of voor off... Ik koos zoals je ziet voor echt koraal.

Totdat ze òmging en haar wang 't koraal

Until she turned around and let her cheek

Van haren arm deed dalen, en ovaal

Lower the coral off her arm, and squeeze

Dien maakte van rond als een zuil.

To oval what was pillar-round till then.

Het lied van Balder is een van mijn favoriete passages, maar op veel plekken een uitdaging voor de vertaler. Over is lafenis hieronder: is over hier voorbij, over en uit, of juist, nog overblijvend? Dat valt wel te beantwoorden. Het gaat hier om de muziek, en die hoort Balder nog. Overgebleven dus.  

Henen is

There's missing hence

Heugenis

Reminiscence

Van lust en droefheid die ik immer droeg,

Of want and sadness that I always wore,

Over is

What’s not vanishing

Lafenis,

Is the replenishing

Drank van muziek altijd en nooit genoeg.

With music-drink always and always more.

Balder eindigt zijn lied met onderstaande krachtige strofe. Maar waarnaar verwijst mijn kluis, mijn hemeltent? Je zou graag denken, dezelfde muziek, iets positiefs om het lied mee te eindigen. Helaas vrees ik dat het eerder de eenzaamheid is vol woestenijen, die Balder zo goed kent als zijn vaderhuis. Ja, Balder heeft nog wel de muziek maar is toch vooral eenzaam. Een aanwijzing voor deze interpretatie is ook te vinden in de glasheldere verwijzing die ik hier vond naar eerdergenoemde Endymion van Keats. There is not one / no, no, not one is daar namelijk letterlijk uit overgenomen. Maar in Endymion gaan het als volgt door: There is not one / no, no, not one / but thee. Cynthia, moeder Maan, verklaart zo haar liefde aan de sterfelijke Endymion. Een stuk romantischer dan de in zichzelf gekeerde Balder. We kunnen dus zijn toekomstige afwijzing van Mei en keuze voor zijn eenzaamheid hier al aan zien komen.

Voor de vertaling maakt de keuze dit keer niet uit. Je kan soms vertalen zonder het zeker te weten... Maar hoeveel van dit soort verwijzingen staan er nog ongezien in het origineel?

Er is niet één,

There is not one,

Neen neen, niet één

No, no, not one

Die zoo als ik haar woestenijen kent –

Who knows like me its desert lands –

Zij is mijn kluis,

It is my vault,

Mijn vaderhuis,

My father’s hold,

Mijn stad, mijn hemeltent.

My town, my heaven tent. 

Soms moet je Gorters beelden even herlezen. Staat hieronder nu echt dat een bron een kind is dat ons kan zien luisteren? Ja, dat staat er toch echt. De bron is nog wat verlegen, maar ander water lacht ons toe. Vooruit dan maar!

En onder 't kreupelhout praatte een bron

And in the undergrowth, a small well sprung

Stil voor zich heen, een kind, en toen hij zag

And spoke to itself, a child, who, when he found

Ons luist'ren, werd hij heel stil, maar een lach

Us out observing him, made no more sound,

Ritselde nog van verd're wateren.

But laughs still rustled from far water-lands.

Er is een passage waar ik het antwoord op de vraag wat Gorter eigenlijk bedoelde schuldig moet blijven. Bij regels 1266-1271 probeert Mei in te slapen maar is nog bang voor de nacht. Ze hoort gruwelijke geluiden, kinderen worden door heksen weggevoerd. Maar wat zijn de sleepgewaden bij haars vaders huis? Haars kan zowel genitief enkelvoud als meervoud zijn. Vaders, zoals hier gespeld, is enkelvoud. Moet dit vertaald worden als their father's house (zijn de kinderen broers of zussen, loopt moeder bij het huis van haar man buiten naar haar missende kinderen te zoeken in angst en in haar nachtgewaad?) of her father's house (zijn de sleepgewaden van de heksen die ver weg in het luchtruim zijn, het huis van de zon, Meis vader?). Ik vond het enkelvoud van vaders huis vooral wijzen op het laatste. Ik ben benieuwd wat u ervan denkt:

Maar in de vert' bewoog een flauw geschreeuw

Faint clamour stirred the gown of silken air

Het zijden luchtgewaad. Uit oude eeuw

Even from far away. From bygone years

Reden er heksen om den horizon.

Some witches round the whole horizon steered.

Ze dragen kleine kinderen: Mei kon

They carry little children: May could hear

Het martlen hooren en het sneeuwgeruisch

The sound of torture and the snowy rouse

Van sleepgewaden bij haars vaders huis.

Of trains of gowns back at her father’s house.


Maar vooral... vertaalgenot

Met deze wat moeizame voorbeelden klinkt het vertalen van Mei als potentieel behoorlijk slopend. Maar dat was het niet. Het was juist heerlijk om steeds weer in de tekst te duiken en om te wentelen. Verreweg de meeste passages namen me bij de hand, ja met kleine uitdagingen, maar gaven me vooral veel voldoening.

In een passage als de onderstaande (regels 3557-3563) wordt Balders belevingswereld lyrisch, bijna extatisch gebracht. In mijn vertaling wilde ik vooral die heerlijk goudpompende bron van zielsgevoelens weergeven die Balder beschrijft. Dat de rijm dan een keertje moet wijken, nu ja, ach.

Zielsleven is muziek: dat zijn de volle

Spiritual life is music: it’s the soul’s

Aanzwellingen gevoel, de eeuwig gulle

Sense fully amplified, the prodigal

Uitstroomingen van klank, de volle baden

Eternal outpours of its sound, full baths

Kokend in wentelende damp, goudzaden

That boil in vapour wallowing, flawless

Van klank, volmaakt, gerond, ronde gewelven,

Gold seeds of sound, they’re round, they’re rounded vaults,

Bommen van klank, en ook de zoete schelven

They’re bombs of sounds, also the mows that hold

Waaiig van licht geluid als stapels hooi.

The hay and blow with light sound through the ricks.

Boek II eindigt tragisch, maar met een simpele schoonheid. Een genot om te vertalen!

'k Word stil en niets bestaat meer dan mijn ziel,

When still, outside my soul exist no things,

Geen ding, geen woord, en niets dat mij ontviel.

No object, word, and none that I evinced.

Haar wil ik hebben, hèb ik, en niemand

I want her, and I have, and none but she

Dan zij, mag met mij wonen in dit land.

May be residing in this land with me.

Ik wil geen toekomst, geen geheugen hebben,

I want no future, don’t want memory,

Zij is altijd gelijk, zìj kent geen ebben

She’s always even, she’s eternal, she’s

En vloed, zij is eeuwig, alleen, zij ìs,

Not ebb or flow, alone, for she just is,

Zij leeft door eigene ontvangenis."

She simply lives through her own genesis.”

Toen stond hij op en Mei zag een blauw waas

Then he stood up and May saw a blue haze

Boven zijn hoofd, zijn aanschijn blonk, als dwaas

Above his head, a gleam upon his face,

Stond hij, de armen uit, en scheen te drinken.

A fool he stood, arms out, seeming to drink.

 

 

Zij wist dat hij voor haar niet was en zinken

She knew he was not hers, started to sink

Begon ze langzaam, sneller, en zijn stem

First slowly, faster then, his voice within

Bleef in haar ooren, dat was al van hem.

Her ears remained, and that was all of him.

In Boek III, waar de dichter aan Mei zijn stad laat zien, is dichter-vertaler Lloyd Haft erg te spreken over de scene waar de werklui en hun ambacht worden beschreven. Zien we in deze erkenning van het zware leven van de arbeiders al iets van Gorters latere socialistische poëzie? Boek III is veel meer rechttoe, rechtaan, zonder erg uitgebreide metaforen. Dat vertaalt natuurlijk makkelijker.

(en zeer oud) Leken de ramen, waar looflicht door scheen

And very old the windows seemed, where light

Door de olmen buiten, en daar kwamen heen

Of leaves shone through and through the elms outside,

Oude en grijze mannen om te werken.

A group of workers entered: grey old men.

Er lagen houtstapels: de eikesterken

Wood piles were there: the oak wood for its strength

En 't spleet'ge vurenhout van uit het noorden.

And clefted northern wood of the pine tree.

De werklui namen het en zonder woorden

The workmen took it in and tacitly

Schaafden en klopten ze met timmering,

They planed and hammered on their timbering,

Bedrijvig in de groene schemering.

Industrious in the greenish shimmering.

 

 

En nog een andre was er aan dien kant,

There also was another in that place,

Ook donker: en er voor lag het vol want

Dark too: the front was filled with shrouds and brace

En touwwerk en scheepstuig, de houten blokken

And cordage for ship rigging, blocks of wood

En ankerkettingen en rondgetrokken

And anchor chains and pulled and piled up stood

Gestapeld henneptouw, er binnen zaten

In stacks the hemp twine, and indoors there sat

De oude zeilemakers, hun gelaten

The old sailmakers, who were holding head

Dicht op de naald, in 't wit, voor hen het zeil.

To needle, and in front, in white, the sail.

Wij stonden er en keken toe een wijl.

We stood there and observed all this a while.

Rechttoe rechtaan is ook de niet onverwachte maar des te ontroerendere ontknoping van Mei. De laatste bladzijden sleepten me zo mee in de vertaling dat die simpelweg leek uit te vloeien, alsof de Engelse tekst al bestond, ik me die slechts herinnerde en alleen nog maar hoefde op te schrijven.

Totdat we kwamen aan de zeezoom, waar

And when we came to that shore of the sea

Zij 't eerst geland was, daar hielden wij stil.

We stopped, where she originally beached.

De duinen werden vol en het geril

Meanwhile the dunes filled up, the water seethed

Van 't eeuwig brandend water stond vol ook,

In its eternal flames, and it stood full

Lichte gestalten, als verlichte rook

As well, and light-shapes were in numbers too,

Zweefden er boven ons ook vele om.

Like fumes alight, they floated high above.

Toen speelden eerst de gnomen op hun trom

The gnomes started to play their drums first off,

En toen de elven op hunne cymbalen,

And then the elves their cymbals, Tritons then,

Toen Tritons, toen wij alle saam, verhalen,

We all together then, narrations and

Lange verhalen zang en droefenis.

Narrations long of song and misery.

Toen werden de uren van hun taak gewis

Aware of their responsibility

En zetten haar daar neer en lieten mij

The hours then set her down, let me alone

Met haar alleen en gingen in een rij,

With her and then they all left in a row,

En zagen met de andren samen toe.

And they looked on together with the others.

Ik groef een graf waar golven komen toe-

I dug a grave where waves would come to cover

Dekken het zand en legde haar daar neer,

The sand, it was in there I laid her down,

Daarover zand: de golven komen weer

And sand on top of that: the waves come round

En dalen weer met lachen of geschrei –

And down again with laughter or dismay –

Daar ligt bedolven mijne kleine Mei.

And there lies, buried deep, my little May.

Daar ligt Mei dan, waar ze ook geboren was, een jonge vrouw gestorven. In de ogen van Gorter, de dichter, nog altijd klein, zijn liefde, zijn jeugd, zijn beleven. Bedolven onder het zand; zand en de branding van de zee. Buried deep. Maar vereeuwigd.




Het proces

Het vertalen van Mei en publiceren van May ging niet rechtlijnig. En zeker niet pijnloos. Het was een proces, in de meerdere betekenissen van dat woord.  

Begin 2020, toen de pandemie net was aangevangen, had ik eindelijk een ruwe versie compleet van Boek I, Meis reis door het lenteduinlandschap. Dichters Myrte Leffring en Vicky Francken vond ik enthousiast om May te proeflezen. Dit gaf me de impuls en het vertrouwen om verder te gaan, en wel met het vertalen van Boek III. Ik sloeg dus even Boek II over. Omdat Boek III een herfstige spiegeling is van Boek I, samen de buitenpanelen van het meidrieluik, maar ook omdat Boek II zo heel erg lang is... Ik nam alle vrijdagen vrij van mijn werk, elke avond, nacht en elk vrij moment dook ik de tekst in. De ontsnapping was dan onmiddellijk, het was heerlijk om verder te gaan, verder en steeds verder. Boek III heeft minder ingewikkelde constructies en kortere metaforen, het leest bijna als proza. Waar ik over de eerste regel van Mei drie weken heb gedaan, kostte de laatste bladzijde van Boek III me slechts enkele uren. Met alleen Boek II nog te gaan, besloot ik definitief het werk af te maken. Ik deelde Boek II in drie stukken en begon met enkele van mijn favoriete passages, de zangen van Balder.

Vanaf het moment dat de eerste ruwe versie van de drie boeken af was, begon het werk, het leren, pas echt. Uiteindelijk heb ik er nog vijftien versies overheen geschreven. 

Myrte en Vicky keken regel voor regel mee: of het origineel goed werd weergegeven - net als ik bleven ze het liefst dicht bij de tekst van Gorter; ze gaven me de suggestie om niet al te dogmatisch met het metrum om te gaan; en hadden niet veel op met kreupelrijm. Ja. al dat kreupelrijm herschrijven, dat heeft me even bezig gehouden... Maar door de bijdrage van Myrte en Vicky werd mijn tekst verheven van bij vlagen knullig tot in zijn geheel goed leesbaar en iets dat langzamerhand publiceerbaar aan het worden was.

Nu is mijn Engels wat ik zelf zou betitelen als 'continental English:' het Engels dat in internationale organisaties gesproken wordt. Het is een mengelmoes van Amerikaans en Brits Engels met hier en daar nog continentale invloeden uit Italië, Frankrijk, Spanje, Nederland... Ik moest nu de keuze gaan maken tussen Amerikaans of Brits. Ik koos uiteindelijk voor Brits, en dat betekende niet alleen dat ik alle realize moest vervangen door realise, alle color door colour, upward soms door upwards, maar ook dat sommige rijm herzien moest worden. Zo verwerd: 

  And round, ’tween lips the golden cup, it sprayed

  Fountains of golden tones, a milk-white vase

tot:

  And round, ’tween lips the golden cup that cast

  Fountains of golden tones, a milk-white vase.

Ik wilde mijn poëtisch Engels ook hierom goed laten beoordelen. Een vriend had May laten lezen aan Anne Walter, een literatuurdocent aan de universiteit van Birmingham. Zij was bijzonder enthousiast over May en heeft ingestemd om de gehele tekst tot twee keer toe in detail door te nemen. Ze kwam onder andere met een paar mooie alternatieve bewoordingen, zoals bole voor trunk, maakte me attent op Gorters nogal inconsistente gebruik van God versus god, en wees me op Engelstalige gevoeligheden zoals het woord spinster, dat in eerste instantie niet als vrouwelijke spinner wordt gelezen, maar als oude vrijster...

Ik heb May dan op 19 maart 2021 gepubliceerd, de 132e verjaardag van de publicatie van Mei in 1889. Ik heb hiervoor uitgeverij Arimei Books opgericht, de boeken luxe gebonden, in kleur geïllustreerd, laten drukken en bij het Centraal Boekhuis ondergebracht. Helaas vond ik, toen de boeken al bij de drukker lagen, nog een paar vervelende missers en knulligheden in May. Zo had ik de kleur barnsteen per abuis heen en terug vertaald, eerst naar amber en vandaar terug naar barn, oftewel, schuur... Ook stond kapel ergens vertaald als chapel, terwijl Gorter toch echt vlinder bedoeld had (toegegeven, de betreffende passage is nogal psychedelisch, dus een chapel in een boom in het rijk der vlinderen zou je eventueel kunnen verdedigen...). Bovendien bleek het Letterenfonds, dat ik om ondersteuning bij de publicatie had gevraagd, zeer sceptisch te staan tegenover geboren Nederlanders die naar het Engels vertalen. Een anonieme recensent die ze inhuurden beoordeelde het werk als van generlei waarde. Hij haalde een paar regels aan in de eerste bladzijden die inderdaad nogal lelijk waren en hekelde vooral hoe ik het Nederlands heb omarmd in mijn vertaling.  

Dit alles was niets minder dan een gruwel voor mij en wekenlang kon ik de slaap niet vatten. Een werk waar ik trots op had willen zijn was zo voornamelijk een bron van schaamte geworden. Juist op dat moment nam de gerenommeerde dichter-vertaler Lloyd Haft contact met me op. Hij had Mei nog nooit in zijn geheel gelezen, maar nu wel mijn May en hij vond deze prachtig. Hij had een lijstje bijgehouden met gedetailleerde suggesties, verfijningen vooral, tot op het niveau van interpunctie. Hiermee in de hand, en met mijn eigen nieuwe inzichten, ben ik opnieuw een keer of vier door May gegaan en heb zo de gehele tekst, inclusief inleiding, verder gepolijst. Dat was zwaar, want ik kon inmiddels mijn eigen tekst nauwelijks meer luchten, en zeker niet die eerste bladzijden. Maar deze laatste verfijning was voor mij persoonlijk zo waardevol! Eindelijk, inmiddels november 2021, had ik dan de versie die ik eigenlijk had willen publiceren. Een versie waar ik trots op ben. Ik heb toen besloten de (ietwat) gemankeerde eerste druk terug te roepen, en te laten vervangen door de herziene tweede druk die nu in de winkels ligt.



Modelvertaling, vertaalmodel, of toch...

Thuisgekomen van LeesMei 2023, bekropen door een plotselinge nieuwsgierigheid, maar toch ook door iets van bevestigingsdrang, vroeg ik ChatGPT, de snel welbekend geworden kunstmatige intelligentiemachine, om eens een gooi te doen naar het vertalen van de eerste regels van Gorters Mei. Ik moest wat bijsturen zodat rijm en metrum behouden werden en om niet al te vrije vertalingen te krijgen. Maar ChatGPT produceert met evenveel gemak in secondes een nieuwe tekst, zodat ik binnen een halve minuut een stuk of zes computergegenereerde vertalingen tot mijn beschikking had. Hieronder vind je er drie. 

Een nieuwe lente en een nieuw geluid:

Ik wil dat dit lied klinkt als het gefluit,

Dat ik vaak hoorde voor een zomernacht

In een oud stadje, langs de watergracht –


ChatGPT3 suggesties

A new spring and a new sound ring clear

A new spring, new sound I long to hear,

A new spring dawns, a new sound finds its way,

I want this song to mimic the whistle near,

May this song ring out with whistling clear,

This song must echo like a whistled lay,

That oft I heard before a summer night,

As oft I heard before a summer's night,

As oft I heard on summer's eve so fair,

In an ancient town, by the water's light

In an old town, where waters gleam with light.

In olden town beside a waterway.

Wat gelijk opvalt is dat er allerhande mogelijkheden zijn om dezelfde tekst om te zetten in een andere taal, zelfs met de beperking van rijm en metrum. Er lijkt dus genoeg ruimte over voor een eigen invalshoek. Net als bij menselijke vertalingen laten sommige passages wel minder variatie toe dan andere en tref je met regelmaat tussen de versies gedeelde kernwoorden aan, die blijkbaar onderdeel van een vertaling moeten zijn (new, spring, sound, song, summer, town). Overigens, vind ik eerlijk gezegd enkele elementen van deze vertalingen best nog iets van gevoel overdragen, terwijl andere elementen wel nauwkeurig maar emotioneel vlak zijn.

Wat voegt een menselijke vertaling nog toe, wat is precies die missende menselijke bezieling? Als ik naar bovenstaande en andere (korte) fragmenten kijk, zou ik zeggen, er mist een consistentie in het overgedragen gevoel, wat (nog?) mist zijn de persoonlijke keuzes om soms dicht bij het origineel te blijven, soms bewust meer af te wijken, iets op te offeren voor het hogere doel: een lezing van het gedicht als geheel overbrengen. En elke vertaler zal die keuzes anders maken.




Comments

Popular posts from this blog

Lees Mei Introductie 2021 - over Gorter en Mei

Musings of May